Speelhuis
Ontdekt. Gespeeld.
Romeinen van alle leeftijden hielden van spelen. Dobbelspellen, molen en behendigheidsspelen waren erg populair. Eenvoudige stenen of stukjes glas werden speelstukken. Er waren ook houten tollen, poppen en kleifiguren. Kleine schapenbotten werden gebruikt als dobbelstenen om te spelen of voor orakels. Gokken was slechts een paar dagen per jaar toegestaan, maar zelfs keizer Augustus zou een gepassioneerd gokker zijn geweest. De vreugde van het spelen verbindt ons al millennia en laat zien dat spelen tijdloos is!
Spelinstructies
Molen (Mola)
2 spelers met elk 9 speelstenen
Bepaal wie begint. Om beurten leggen jullie één voor één een steen op een vrij snijpunt of hoekpunt op het speelveld. Als jullie al jullie stenen hebben geplaatst, kunnen jullie om beurten beginnen met schuiven. Daarbij mogen jullie jullie speelstenen alleen naar vrije snijpunten of hoeken verplaatsen en geen andere stenen overslaan. Probeer drie van je speelstenen in een rechte rij te krijgen (niet diagonaal). Dat heet een molen. Een molen kun je openen en sluiten door een steen één veld te verplaatsen en de volgende keer weer terug te zetten in de rij van drie. Voor elk van deze gesloten molens mag je een willekeurige speelsteen van je tegenstander van het speelbord halen. Zodra een persoon nog maar drie stenen heeft, mag hij zijn speelstenen niet alleen verplaatsen, maar ook naar vrije velden springen. Als je zelf minder dan drie stenen hebt, heb je verloren.
Rond molen (Mola Rotunda)
2 spelers met elk 3 speelstenen
Het doel van het spel is om met drie speelstenen een rechte rij over het midden te leggen. Bepaal wie mag beginnen! Om de beurt legt iedereen een steen op een vrije plek. Zodra jullie al jullie stenen hebben geplaatst, kunnen jullie beginnen met schuiven. Daarbij mogen jullie jullie speelstenen echter alleen naar vrije plekken verplaatsen en geen andere speelstenen overslaan. De ronde molen wordt gewonnen door degene die als eerste drie stenen in een rij over het midden weet te leggen. Dat kan echter alleen lukken als een van jullie een fout maakt.
Soldatenspel (Ludus Latrunculorum)
2 spelers met elk 16 speelstukken
Zet je speelstukken (soldaten) in twee rijen van elk 8 stuks neer. Bepaal wie begint. Per beurt mag je een van je stukken één veld vooruit, achteruit of zijwaarts verplaatsen. Als een stuk van de tegenstander op een diagonaal aangrenzend veld staat en er achter hem een veld vrij is, mag je dit diagonaal overslaan. Het stuk is dan geslagen en wordt van het speelbord verwijderd. Als je stuk daarna nog een sprong kan maken, mag je in dezelfde beurt nog een keer slaan. In rechte richting mag niet worden geslagen. Het doel is om alle stenen van de tegenstander van het bord te slaan of onbeweeglijk te maken.
Alternatief: De overgeleverde spelregels zijn niet eenduidig. Er is nog een andere manier om het spel te spelen. Daarbij sla je een steen van de tegenstander door deze met twee van je eigen stenen horizontaal of verticaal te omsingelen, maar niet diagonaal.
12-velden-spel (Ludus XII Scriptorum)
2 spelers met elk 12 speelstenen, 2 dobbelstenen
Het speelveld heeft drie rijen. De middelste rij is alleen het startveld. Het doel van het spel is om alle velden van 1 tot 24 met je eigen stenen te doorlopen. Bepaal wie begint. Die persoon gooit met twee dobbelstenen. Daarna kan hij of zij ofwel met één speelsteen het totale aantal ogen verder spelen, ofwel met twee verschillende speelstenen het respectievelijke aantal ogen van de dobbelstenen. Daarna is de andere speler aan de beurt. Als er op een veld een speelsteen van de tegenstander alleen staat, mag je deze slaan. Deze moet dan terug naar het startveld. Als er twee of meer speelstenen van dezelfde kleur op een veld staan, is dit veld geblokkeerd voor de tegenstander. De stenen kunnen dus niet worden geslagen. Het veld mag echter worden overgeslagen en wordt daarbij ook meegeteld. Als je dubbel gooit, dus twee dezelfde getallen, mag je na je zet nog een keer gooien. Wie als eerste alle stenen via veld 24 van het bord heeft gespeeld, wint – ook als het getal op de dobbelsteen hoger is dan nodig.
Kistje van Archimedes (Loculus Archimedius)
Spelers: onbeperkt, ook alleen mogelijk
Probeer verschillende figuren te maken met de puzzelstukjes. Dat kunnen bijvoorbeeld honden, olifanten, ganzen of zelfs gladiatoren zijn. Je kunt ook je eigen figuren bedenken. Het is belangrijk dat je alle puzzelstukjes gebruikt. De mooiste, creatiefste of grappigste figuur wint! Als alternatief kun je ook proberen om van alle puzzelstukjes een vierkant te maken.
Orca
Willekeurig aantal spelers (minimaal 2) met elk 5 werpvoorwerpen en een bak (orca)
Ga op enige afstand van de bak staan en bepaal de werpafstand. Werp om beurten met een rustige hand – nauwkeurigheid is belangrijker dan snelheid. Wie het vaakst raakt, wint. Een ronde eindigt wanneer alle werpvoorwerpen zijn gegooid. Als jullie meerdere rondes willen spelen, kunnen jullie jullie punten noteren of onthouden om aan het einde te kijken wie er heeft gewonnen.